De bijzondere zorgplicht bij het verstrekken van informatie aan de externe aandeelhouder

De wetgever heeft een duidelijke scheiding aangebracht tussen de positie van het bestuur en de aandeelhouders in een onderneming. Dit wordt ook wel aangeduid als het onderscheid tussen de leiding (het bestuur) en het kapitaal (de aandeelhouders). Het is mogelijk dat een aandeelhouder ook bestuurder is. In dat geval heeft de aandeelhouder-bestuurder twee petten op.

De relatie tussen het bestuur en de aandeelhouders die geen bestuurders (meer) zijn (de “externe aandeelhouders”) is gebaseerd op vertrouwen. Dat vertrouwen kan beschadigd raken. Bijvoorbeeld wanneer een bestuurder-aandeelhouder door zijn mede bestuurders-aandeelhouders wordt ontslagen als lid van het bestuur. In deze situatie raakt de externe aandeelhouder verstoken van informatie over de vennootschap, terwijl daar wel behoefte aan bestaat. De externe aandeelhouder zal willen controleren of de bestuurders-aandeelhouders geen besluiten nemen die indruisen tegen het belang van de vennootschap of zijn positie als aandeelhouder. Om die controle te kunnen uitoefenen is informatie over de vennootschap nodig. Die informatie moet van het bestuur komen, maar het bestuur zal niet altijd genegen zijn om die informatie te verstrekken. De vraag is dan welke zorgplicht het bestuur heeft als er geen contractuele afspraken over informatieverstrekking zijn gemaakt.

Informatierecht externe aandeelhouders

Voor wat betreft de informatievoorzieningen aan aandeelhouders is het wettelijke uitgangspunt dat het bestuur de algemene vergadering (en dus in principe niet individuele aandeelhouders buiten vergadering) alle redelijk verlangde inlichtingen dient te verschaffen, tenzij een zwaarwichtig belang van de vennootschap zich daartegen verzet.

Rechtspraak

Uit de rechtspraak blijkt dat bestuurders jegens externe aandeelhouders een bijzondere zorgplicht hebben. Die zorgplicht houdt in dat het bestuur jegens externe aandeelhouders ruimhartig openheid van zaken moet geven over het reilen en zeilen van de onderneming. Deze zorgplicht geldt in het bijzonder als er (mogelijk) sprake is van een tegenstrijdig belang tussen de belangen van de onderneming en de bestuurders. Bijvoorbeeld wanneer een bestuurder namens de betreffende vennootschap een overeenkomst sluit met een partij waarin hij zelf een (financieel) belang heeft.

Oplossing?

Als het vertrouwen tussen de aandeelhouders-bestuurders en externe aandeelhouders is geschaad, dan ligt een conflict over (onder andere) informatievoorziening op de loer. Het is vaak de externe aandeelhouder die beperkte juridische stokken heeft om het bestuur mee te slaan. Anderzijds zullen de bestuurders-aandeelhouders het liefst de externe aandeelhouder uitkopen of een andere oplossing bereiken. Het ontslag van de externe aandeelhouder als bestuurder is vaak de eerste stap.

Het is mogelijk om in een aandeelhoudersovereenkomst afspraken te maken over de informatie die het bestuur aan de aandeelhouders dient te leveren. Daarnaast is het mogelijk om nadere afspraken te maken over bestuursbesluiten die goedkeuring van de algemene vergadering nodig hebben en ook om afspraken te maken over situaties waarin een aandeelhouder verplicht is om zijn aandelen te koop aan te bieden (bijvoorbeeld bij ontslag als bestuurder). We raden u dan ook aan om bij meerdere aandeelhouders zo snel mogelijk een aandeelhoudersovereenkomst aan te gaan, in welke situatie u ook terecht zou kunnen komen.

Voor vragen of advies over dit onderwerp kunt u contact opnemen met Sander Pieroelie (+316 222 878 65) of Sabine Chan (+316 578 911 13).

Dit artikel is gepubliceerd in de Nieuwsbrief Vestius van juni 2022