
25 apr Langverwacht wetsvoorstel modernisering concurrentiebeding gepubliceerd
Op 4 maart 2024 werd het langverwachte wetsvoorstel voor de modernisering van het concurrentiebeding gepubliceerd voor internetconsultatie. Het voorstel heeft tot doel het opnemen van concurrentiebedingen als standaardclausule in arbeidsovereenkomsten te ontmoedigen. Uit onderzoek blijkt namelijk dat het gebruik van het concurrentiebeding fors is toegenomen en in krap 6 jaar tijd zelfs bijna is verdubbeld sinds 2015. In totaal zijn thans naar schatting ruim 3 miljoen werknemers gebonden aan een concurrentiebeding. Volgens de wetgever heeft dit geleid tot een ongerechtvaardigde beperking van de arbeidsmobiliteit van werknemers en heeft het een negatieve invloed op de arbeidsmarkt.
Zoals verwacht legt het wetsvoorstel aanzienlijke beperkingen op aan concurrentiebedingen (inclusief relatiebedingen en antironselbedingen). De belangrijkste wijzigingen:
-
-
- Maximale duur: concurrentiebedingen mogen niet langer duren dan 12 maanden na einde dienstverband. Bedingen met een langere duur of zonder gespecificeerde duur worden nietig verklaard.
- Geografische reikwijdte: het wordt verplicht om de geografische reikwijdte van het concurrentiebeding te specificeren. Partijen krijgen de vrijheid om de reikwijdte zelf te bepalen, maar als deze niet is opgenomen, wordt het beding nietig verklaard.
- Motivering van het concurrentiebeding: werkgevers moeten zwaarwegende bedrijfsbelangen aanwijzen die het concurrentiebeding rechtvaardigen, ook bij contracten voor onbepaalde tijd.
- Vergoeding: werkgevers moeten werknemers een compensatie betalen van 50% van het maandsalaris (inclusief emolumenten) voor elke maand dat de werknemer gehouden wordt aan het concurrentiebeding. Dit betekent dat als bijvoorbeeld een concurrentiebeding van 12 maanden is afgesproken, en de werkgever aangeeft de werknemer daar zes maanden aan te willen houden, de werkgever een vergoeding is verschuldigd gelijk aan drie maandsalarissen.
- Kennisgevingsperiode: werkgevers moeten werknemers tijdig voor het einde van het arbeidscontract op de hoogte stellen van het al dan niet inroepen van het concurrentiebeding. De hoofdregel wordt dat de werknemer een maand voor het einde van het dienstverband moet weten of de werkgever een beroep zal doen op het concurrentiebeding.
- Overgangsrecht: uitgangspunt is dat concurrentiebedingen die geldig zijn overeengekomen voordat de nieuwe wetgeving van kracht wordt, geldig blijven. De verplichting om een vergoeding te betalen zal echter gelden voor elk concurrentiebeding (ook bestaande bedingen) dat wordt ingeroepen na de inwerkingtreding van de nieuwe wetgeving.
-
Na de internetconsultatie moet het wetsvoorstel nog worden voorgelegd aan de Eerste en Tweede Kamer. Het wetsvoorstel zal naar verwachting dan ook niet eerder dan 1 januari 2025 in werking treden.
Voor vragen of advies over dit onderwerp kunt u contact opnemen met Anna Görgün (06-454 408 91).